Recepten met aardpeer

Aardpeer

Helianthus tuberosus

Topinamboer (Nederlands), Topinambour (Frans); Topinambur, Erdbirne (Duits), Jerusalem Artichocke (Engels), topinambur, carciofo di gerusalemme (Italiaans); pataca (Spaans)

Helianthus tuberosus, dat riekt naar een zonnebloem. En dat is het ook. Ze worden een meter of 3 a 4 hoog en hebben kleine bloemetjes. Het is een echte vergeten groente. Toen Jacques zijn moeder vertelde dat hij bij Kooktroep! topinambour zou eten, reageerde ze met: “Het is toch geen oorlog!?” Maar aardpeer is lekker en wordt ook in veel toprestaurants gebruikt. Wij brengen ieder jaar onze overproductie naar Ristorante Adriano in Doorwerth (Heveadorp). En we voeren de kleinere aan onze bonte bentheimer landvarkens.

Historie

Zonnebloem en aardpeer zijn afkomstig uit Noord-Amerika / Canada. De aardpeer is in de 16e eeuw door Samuel Champlain vanuit het huidige Quebec naar Europa gebracht. Champlain noemde het poire de terre (aardpeer). In het Frans, en soms ook in het Nederlands (want het klinkt toch zo veel chiquer dan ‘aardpeer’), is het topinambour. Over deze naam gaat het verhaal dat de aardperen abusievelijk vernoemd zijn naar een indianenstam uit Zuid-Amerika, de Tupinambá, waarvan leden naar Frankrijk waren gehaald. Aardpeer werd veel gekweekt, maar is verdrongen door de – eveneens uit de nieuwe wereld afkomstige – aardappel.

In het Engels worden ze Jerusalem Artichoke genoemd. Waarom artisjok? De smaak lijkt wat op dat van artisjokken. Waarom Jerusalem? Volgens de Oxford Companion to Food (Alan Davidson) zou Jerusalem een verbastering van Terneuzen zijn, waar vandaan de knollen veelal naar Engeland werden verscheept.

Marleen Willebrands schrijft op haar website kookhistorie het volgende: ‘De Zeeuwse botanicus Petrus Hondius kweekte deze plant in het begin van de zeventiende eeuw als eerste in Nederland in Terneuzen op Zeeuws-Vlaanderen. Van daaruit verspreidde deze zoet smakende wortelknol zich over de Nederlanden en Engeland. De Engelse naam Jerusalem artichoke zou een verbastering zijn van Terneuzen artichoke.’

We vinden die redenering wel sterk. Maar niet uitgesloten. Het zou dan de enige verwijzing in het Engels zijn naar Terneuzen als het Jerusalem van het noorden. Me dunkt dat er toentertijd veel meer scheepvaart tussen Zeeland (w.o. Terneuzen) en Groot-Brittannië was. Nee, een meer plausibele verklaring is dat het afgeleid is van het Italiaanse girasole, dat staat voor zonnebloem. (Artisjok in het Italiaans is echter carciofo.)
Jane Grigson schrijft echter dat het deel ‘artisjok’ is beklijfd uit de smaakomschrijving die Champlain van de knol gaf. En ze zegt dat girasol ook een Engels woord is voor zonnebloem, zonnewende, plant die met de zon meedraait. Girasol artichoke verbasterde tot Jerusalem artichoke. Tja. Drie verklaringen van de naam.

Culinair

Het vruchtvlees is wit, de schil soms rood, soms grauw-wit/gelig. Soms worden ze schoongeschrobd, ongeschild verwerkt, maar meestal geschild. Aardperen worden ontdaan van wortelhaar en bijgesneden. Ze hebben veelal een knobbelige vorm en dan werkt het niet lekker met een dunschiller, zodat je al snel vervalt tot dik schillen met een aardappelmesje. Een andere manier is de aardperen tussen de 5 en 10 minuten te koken en dan de schil eraf te trekken. Dat heb ik voor het eerst gehoord van de groentekok in De Kromme Dissel en gelezen in het Groentekookboek. (Ervaring: 6 minuten is misschien voor de kleine aardperen net voldoende.) Als je aardperen rauw schilt, leg ze dan in zuur water om oxidatie (bruin worden) te voorkomen. Gewoon een scheut citroensap in een pan water is voldoende.

Aardperen kunnen rauw worden gegeten, gekookt, gestoomd of verwerkt in soepen en puree.

Ze veroorzaken nogal winderigheid. Het eten van grote hoeveelheden wordt daarom niet aangeraden. Hoewel sommige mensen er niet of nauwelijks last van hebben.

Bewaren

De aardpeer is in de grond ‘eeuwig’ houdbaar, maar eens opgegraven niet zo lang als aardappels. Enkele weken. Vochtig en koel misschien langer.

Voedingswaarde

Per 100 gram:

mager32 kcal/100 gr
inuline[1]rijkelijk i.p.v. zetmeel
vitamine A2 mg
vitamine C4 mg
mineralenveel fosfor en kalium en calcium (14 mg)

Teelt

Zaaienn.v.t.
UitplantenIn het najaar of voorjaar de knollen planten op 10 – 20 cm diepte. Grote knollen kunnen worden gedeeld; een oog of drie per deel is aan te raden.
OogstNa de eerste nachtvorst. Of beter: als de planten besterven. De knollen worden opgegraven en enkele weer herplant in hetzelfde bed. Let wel: de knollen kunnen zich via de wortelstokken links en rechts in de grond bevinden. Dat is anders dan bij aardappelen.

Plantafstand: 30 – 45 cm uit elkaar.

Water: Alleen als het echt nodig is.

Bemesting
In principe niet nodig. Lichte organische bemesting. Wij versnipperen de bladstengels en leggen die over de eigen grond terug. Dat verteert wel. De poep van wormen, torretjes enzovoorts is de meest natuurlijke bemesting die je kunt bedenken.

Bodem & standplaats

Niet in gebieden met een zeer hoge grondwaterstand. Verder stellen ze geen noemenswaardige eisen aan de grond. Zon, daar houden ze wel van. En houd er rekening mee dat ze 3 meter en hoger kunnen worden.

Op winderige plaatsen – of misschien wel alle plaatsen – kunnen ze scheef waaien. Het beste is een “bekisting” te maken van palen met draad.

Rassen

Stampede (grote witte knollen), Boston Red (rode knollen), Blanc (witte knol – plant wordt 1½ m, oogstbaar v.a. september/oktober), Fuseau Rose (witte ronde gladde knol), Yellow Perfect, Rode aardpeer (ronde rode knollen), Canadese aardpeer (langwerpig en wit). Meestal worden gewoon ‘aardperen’ aangeboden, zonder rasomschrijving.

Zaadteelt

n.v.t.
Vermeerdering door de knollen.

Ziekten en belagers

Niet echt. Soms knagen muizen aan de knollen.

Literatuur: [1] Food Plants of the World; [2] Handboek Ecologisch Tuinieren; [3] Planten voor Dagelijks Gebruik; [4] Groente & Fruit Encyclopedie; [5] Wikipedia 26-12-2007

[1] Inuline wordt bij de spijsvertering omgezet in fructose en niet glucose en is daarom ideaal voor diabetici.

Plaats een reactie