Hoe Haren haar goud is kwijtgeraakt

hoe-haren-haar-goud-verloor-posterOp 19 en 20 november 2016 werd voor de tweede keer het Witloof Festival Harens Goud in Haren (hoofdstedelijk gewest Brussel) gehouden. Ooit was dit de hoofdstad van de grondwitlo(o)f, dus telen onder dekaarde. Met dit festival wil men dit mooie immateriële erfgoed weer onder de aandacht brengen.

Dat wilden we wel eens zien. Met vriend Martin, die onder andere onderzoek verricht naar voedsel en landschap, togen we naar deze voorplaats van Brussel. Haren telt circa vijfduizend inwoners.

Onderaan dit bericht hebben we een slider met meer afbeeldingen geplaatst.

De laatste teler

Foto van Lucien uit de film
Foto van Lucien uit de film

We vallen maar meteen met de deur in huis: Het is allemaal verleden tijd. Er is nog maar één witlofteler in Haren, en wel de 91-jarige Lucien Depauw. Deze nog kwieke man teelt alleen nog voor zijn kinderen en kleinkinderen. In naburige plaatsen als Zaventem (misschien één) en Kampenhout (twee of drie) zijn nog vollegrondtelers van het Brussels lof. Maar verder is het allemaal massa, jaarrond witlof van hydrocultuur. In de laatst genoemde plaats is nu de witlofveiling. Volgens de erfgoedvereniging Sputnik is er in 2014 iemand opgestaan om weer met de vollegrondsteelt van witloof in Haren te beginnen. Maar daar hebben we niets van waargenomen, of het moet op de volkstuin zijn die we met de rondleiding bezochten.


Zoete lof

Drukte in het gemeenschapscentrum De Linde
Drukte in het gemeenschapscentrum De Linde

“Komt ge helemaal van Holland voor het Witloof Festival?” vraagt de man aan de receptie van het gemeenschapscentrum De Linde, dat als spil van het festival fungeert.
“Ja. Weet u, ik ben al jaren op zoek naar de mooie, oude, bittere witlof,” antwoord ik.
“Maar die van Haren is zoet, hè,” zegt hij.
Ai, een illusie minder.
Wat later begrijpen we dat de grond rond Haren licht en bijzonder is. Een vruchtbare, ietwat kleiachtige bovenlaag op zand. In de film Lucien vertelt deze witloofteler dat dezelfde witloofpennen elders geteeld, bitterder witloof geeft.

Witloofsoep
Witloofsoep die meer van preisoep weg had
Uitestekende tarte tatin met rucolasla en nog veel meer
Uitstekende tarte tatin met rucolasla en nog veel meer

Het culinaire deel van het festival is geconcentreerd rond de marktplaats: er staat een food truck-je, waar voor- en nagerecht kan worden verkregen, in De Linde het hoofdgerecht en in het buurthuis witloofsoep. We moeten tot half drie wachten voor een rondleiding, dus we eten wat voorgerecht (een tarte tatin met witlof) en soep.


Het is de schuld van de Makro (Metro)

Witlofteler snijdt witlof op het marktje
Witlofteler snijdt witlof op het marktje

De Nederlandstalige rondleiding wordt geleid door André Vanbellinghen, een francofoon, die perfect Vlaams-Nederlands sprak. Het eerste dat hij vertelt is dat het kerkje uit 1142 dateert en dat de winkels, die ooit  rond de markt waren, allemaal zijn gesloten en thans woonhuizen zijn.
Er is weliswaar een politiebureau, maar dat is slechts op gezette tijden geopend net als de dependance van het gemeentehuis. Want Haren is sinds 1921 onderdeel van Brussel.

“Ooit waren er 44 cafés in Haren,” zegt hij met enige weemoed in zijn stem – gezien de beperkte omvang van dit dorp, betekent dit wellicht dat iedere familie zijn café had 🙂
Bij het kruispunt tussen de Verdunstraat en Kortenbachstraat wijst André waar al die cafés en winkels waren. Vijf beenhouders, ook een paardenbeenhouder, een fourniturenzaak, groentenboeren en wat al niet meer.
“Er waren in totaal 117 winkels en cafés in Haren. Vroeger kochten de winkeliers spullen bij elkaar. Tot in de jaren zeventig van de vorige eeuw de Makro

kwam. En die was goedkoop,” verklaart hij. Dat betekende het einde van veel middenstand.


Het witloofcentrum

Bij De Schouwer binnen
Binnen in de hal van De Schouwer

We leren dat het eerste internationale vliegveld, van waaruit Sabena vloog, in Haren lag. Thans is dit Zaventem. Het dorp ligt ingesloten tussen spoorwegen en de rivier de Zenne met moerasgebied. Van spoorwegstation De Linde (thans Haren-Zuid) vertrokken toentertijd treinen met maar liefst 25 wagons vol witloof naar Frankrijk. Haren was het witloofcentrum en de groente kwam van alle telers uit de wijde Brusselse omgeving. Dat was eens. De glorietijd is van 1930 tot in de zeventiger jaren van de vorige eeuw. En nu lijkt het voorbij; de hydrocultuur heeft het overgenomen van de vollegrondsteelt en nu kan het overal worden geteeld.

We lopen bij de witloofhandelaar De Schouwer binnen en zien daar de korte film Lucien, waarin Lucien Depauw vertelt over de teelt en hoe het ooit was. Hij vindt de witlof die nu in de winkels is te krijgen, maar smakeloos. En daarom kweekt hij voort.


Vuren in de nacht

Kachel met op de grond (erachter) leidingen
Kachel met op de grond (erachter) leidingen

André vertelt hoe de treinpassagiers, als het donker was, uitkeken naar de vuren die overal brandden. Voor de teelt werd namelijk via ingegraven leidingen de bodem onder de witlofpennen verwarmd. Hiervoor werd een op eierkolen gestookte kachel gebruikt. Het water stroomde zonder pomp vanwege het automatische gegeven dat warm stijgt en koud daalt. Omdat er altijd wel wat vuur te zien was door de deurtjes van de kachels, moet het ’s nachts een feeëriek schouwspel zijn geweest voor de voorbijrijdende treinpassagiers. Maar het betekende ook dat de witloofteler ’s nachts één à twee keer het bed uit moest om nieuwe kolen in de kachel te doen.


Cannabis in plaats van witlo(o)f

hoe-haren-haar-goud-is-kwijtgeraakt-4
Schilderij uit de tentoonstelling. Hoe Haren ooit was

Ooit waren er drie kastelen in Haren, vertelt André, maar die zijn, kapotgeschoten en –gebombardeerd als ze waren, in de eerste jaren na de oorlog afgebroken. “Het kalksteen is gebruikt voor de bouw van een kerk in Diegem.”

De geschiedenis van de witloof is curieus. De chocoreiwortels, die eigenlijk als veevoer werden geteeld, waren door een boer in Schaarbeek afgedekt tegen de vorst. Ze waren uitgelopen. Het was oorlogstijd (afscheiding van Nederland) en men zocht dus iets te eten. Het witte loof van de wortels smaakte uitstekend. Lees hier meer over witlo(o)f.
André neemt ons mee naar een oude boerderij, de Castrumhoeve, uit 1322 en vertelt en passant hoe er in Haren met enige regelmaat cannabisplantages (hennepplantages) worden opgerold.
“Deze teelt heeft de witloof geheel verdrongen,” lacht hij.
Zo is het. Haren, een Brussels dorp met een rijke geschiedenis, maar waar de meeste winkels zijn gesloten en de 91-jarige Lucien Depauw de vollegrondsteelt van witloof nog in ere houdt.

Lees ook Brussel is geen goede buur dat in Landwerk (2008) is verschenen.

Plaats een reactie